Wij maken gebruik van cookies.

Meer info
De Sprong | Fijn/Grof motorische problemen

Kinesitherapie

Fijn/Grof motorische problemen

Voor deze problematieken maken we in therapie gebruik van de concepten van psychomotoriek.

Schrijfproblemen

Schrijven is een complexe vaardigheid waarbij veel factoren een rol spelen. Men heeft een goed ontwikkelde motoriek nodig van vooral de pols, hand en arm en een goede oog-handcoördinatie. Daarnaast komt er ook het ruimtelijke aspect bij kijken. In schrijven zijn er namelijk veel richtingsveranderingen, grootteverschillen en indelingen van het blad. Eveneens is de ontspannen houding van de hand erg belangrijk zodat men niet te veel druk zet en zo schrijfkrampen kan voorkomen. Het is de bedoeling een vloeiend, verbonden en leesbaar geschrift te verkrijgen.

We gaan kijken waar de oorzaak van het schrijfprobleem zich bevindt. Vaak komen schrijfproblemen samen voor met andere motorische of ruimtelijke tekortkomingen. Dit wordt grondig nagegaan tijdens het onderzoek. Tijdens de therapie wordt uitgegaan van de schrijfmethode op school en is er zo nodig overleg met de leerkracht. Er worden, indien nodig, adviezen gegeven voor op school en thuis. De oefeningen zijn heel kindvriendelijk en speels met veel variatie zodat de motivatie niet verzwakt. Motivatie van het kind is namelijk een belangrijke factor voor het slagen van de therapie.

Vertraagde of afwijkende fijn- en of grof- motorische ontwikkeling

  • Evenwicht
  • Lichaams-, oog-hand, oog-voetcoördinatie
  • Kracht
  • Houdingsafwijkingen
  • Sneldheid zowel grof- als fijnmotorisch
  • Balvaardigheid
  • Fijne motoriek en handvaardigheid
  • Locomotorische vaardigheden zoals lopen, springen, hinkelen, huppelen

Visueel-ruimtelijke en visuomotorische problemen

Onder deze noemer vallen volgende onderdelen:

  • Ruimtelijke oriëntatie: het bepalen van een positie, plaats en richting van voorwerpen en figuren.
  • Lichaamsbesef , -kennis en -schema zijn het begin van de ruimtelijke oriëntatie.
  • Visuele waarneming en analyse: Wat je ziet moet je kunnen ordenen, benoemen, herkennen en er een ruimtelijke oriëntatie en structuur aan geven. Kinderen letten te weinig op specifieke kenmerken en zien geen onderlinge samenhang.
  • Integratie en cognitieve planning: niet gestructureerd werken.
  • Lateralisatie is verbonden met het begrip hersendominantie en handvoorkeur (verschil tussen steun- en bewegingskant). Dit is een belangrijk onderdeel van de ontwikkeling van ons lichaamsschema en heeft een invloed op het lezen, schrijven en rekenen. Een kind moet vlot van werkrichting kunnen veranderen bij het tekenen.

Problemen op deze gebieden kan op verschillende manieren tot uiting komen. Het kan gaan over kinderen die problemen hebben met lichaamsgevoel, kiezen van een voorkeurshand, puzzelen, patronen natekenen of nabouwen, vraagstukken bij rekenen, lezen omwille van verwisselingen van b/d/p of andere letters, spiegelbeeld gebruiken bij schrijven van letters en cijfers, moeite hebben met het structureren van een taak/opdracht,...

Aandachts-, concentratie- en werkhoudingsproblemen

Dit zijn kinderen die één of meerdere van volgende symptomen vertonen:

  • overbeweeglijkheid, moeilijk stil zitten
  • slecht kunnen luisteren
  • impulsief en chaotisch gedrag: opdracht niet afwachten
  • niet gestructureerd kunnen werken
  • moeite met inslapen
  • geen volgehouden aandacht hebben: geen taken afmaken, halfweg stoppen
  • fladderen van het ene naar het andere, ook tijdens hun spel

In therapie werken we aan deze aspecten door structuur aan te brengen op een speelse manier. We trachten steeds met kleine stapjes vooruit te komen. Dit probleem wordt steeds aangepakt in combinatie met andere grof- en/of fijnmotorische problemen.

Afspraak

Wenst u graag een afspraak te maken voor een intakegesprek?
Maak een afspraak